Oude-Tonge

Evacuatieverhalen

Net zoals zoveel andere mensen uit het dorp aan de Krammer, moest veehouder L.J. van Gurp met zijn vrouw en zeven kinderen hun huis in Oude-Tonge verlaten. Zij woonden aan de Schoolstraat en het vee stond in de schuur vlakbij op de Molendijk. Gelukkig kon het grote gezin tijdelijk een onderkomen krijgen bij de zus van mevrouw van Gurp in Middelharnis en na een maand konden zij terecht bij mevr. Van der Meide aan de Langeweg in hetzelfde dorp. Het stallen van de dertig melkkoeien was wel een ander verhaal! Uiteindelijk kreeg al het vee een plaatsje in Sommelsdijk, al was dit op zes verschillende adressen. De twee zoons Jaap (15 jaar) en Job (14 jaar) moesten het vee overal gaan voederen en ook op de meeste plaatsen melken.

Het voer zoals hooi, bieten en pulp, kon tijdens de evacuatie niet allemaal meegenomen worden, maar lag veilig en droog opgeslagen in de schuur op de Molendijk. Zo nu en dan werd het opgehaald en ook weer ondergebracht op diverse plaatsen in Sommelsdijk. Piet Vroegindeweij verzorgde dit vervoer met twee achter elkaar gebonden boerenwagens, waar twee paarden voor waren gespannen. Aangezien niet alle wegen meer begaanbaar waren, voerde de tocht over de dijken naar Stad aan ’t Haringvliet, via Zuidezijde en dan Oude-Tonge. Daarnaast kon men het ‘natte gebied’ alleen inkomen, via een speciale vergunning.

In verband met de steeds schaarser wordende voedselvoorziening, moest er elke maand een koe geslacht worden en zo slonk de veestapel van Van Gurp gestaag. Op het moment van de bevrijding had de familie nog maar vijf koeien over. Bij terugkomst in hun huis aan de Schoolstraat, nadat het inundatiewater was weggetrokken, troffen zij een enorme bende aan. Er lag een dikke laag modder op de vloeren en het zoute water had gedurende een jaar genoeg schade aangericht. De familie liet de moed echter niet zakken en ging vrolijk aan de schoonmaak, want tenslotte was het oost, west, thuis best!

Interview

Teun van Kempen uit Oude-Tonge vertelt over zijn herinneringen aan de inundatie van 1944/45, die hij als 15-jarige knul meemaakte. Hoe het gezin moest evacueren, waar zij gingen wonen, hoe ze daar leefden en wat zij aantroffen bij terugkomst in Oude-Tonge.

Luchtfoto Oude-Tonge

Tijdens de Tweede Wereldoorlog voerde de Royal Air Force grote aantallen fotoverkenningsvluchten uit boven Nederland. Deze luchtfoto’s geven een zeer gedetailleerd beeld van het onderwater gezette Flakkee, waarbij door de zeer hoge kwaliteit van de foto’s zeer interessante details te ontdekken zijn. Met deze unieke luchtfoto’s komt de geschiedenis van de onderwaterzetting van Goeree-Overflakkee opeens heel dicht bij.

Verdronken

Op 20 december 1944 waagde Jan van Eykeren samen met de gebroeders Theo en Piet de Wit een oversteek door het geïnundeerde gebied naar de nog droog staande boerderij ‘de Hoge Wurft’ van M. Jacobs. De drie jongemannen wilde in de verlaten boerderij onderduiken, omdat zij er niets voor voelden om in Duitsland te gaan werken. In het holst van de nacht laadden ze hun zelf gemaakte boot met voedsel en kleding en vertrokken vanaf de Oudelandsedijk. Het was een zeer koude nacht en behoorlijk mistig, zodat het moeilijk oriënteren was. Door een onbekende oorzaak sloeg de boot nabij de Blauwe Panneweg bij Oude-Tonge om en de drie kwamen in het ijskoude water terecht. De gebroeders de Wit wisten al zwemmend de kant te bereiken, Jan die amper kon zwemmen en kortademig was, kon zichzelf helaas niet redden en verdronk. De volgende dag werd zijn levenloze lichaam lichaam gevonden door twee Duitse soldaten…

Interview

Simon van Loon uit Oude-Tonge vertelt over zijn herinneringen aan de inundatie van 1944/45.  Ook het gezin van Loon moest evacueren, maar vond gelukkig al snel een onderkomen in Rotterdam en vader kon uiteindelijk zelfs de winkel voortzetten in Gorinchem.